Share this post
Prof. Dr. Jan Jonker
Emeritus Hoogleraar Duurzaam Ondernemen Radboud Universiteit
Van Wikipedia: Jan Jonker is een Nederlands bedrijfskundige, methodoloog, organisatieadviseur en was hoogleraar duurzaam en circulair ondernemen aan de Radboud Universiteit Nijmegen en hoogleraar aan de Toulouse Business School (Frankrijk) en Vrije Universiteit Brussel (Belgie).
Jonker schreef, schreef mee en redigeerde meer dan 25 boeken. Hij is bekend van zijn werk over duurzaam ondernemen en het maatschappelijk verantwoord ondernemen van bedrijven, waarvoor hij in 2016 is onderscheiden met een Duurzaam Lintje en in 2019 benoemd tot officier door ZKH Willem Alexander.
‘Er is een grote misvatting dat we de lineaire economie wegdoen. Dat is echt een hele vreemde opvatting die we hebben. Lineair werken hebben we heel slim in pakweg 150 jaar uit gedacht. En, dat doen we helemaal niet weg. Zeker, het moet duurzaam en met minder negatieve impact. Geen twijfel mogelijk. Daarnaast en tegelijkertijd gaan kijken welk deel van de economie in aanmerking komt voor circulariteit; zullen we dat eerst eens afbakenen, want de beleidsmatige onzin om te praten over een 50% circulaire economie in 2030 is dusdanige ‘crap’, dat je daar echt pijn van in je maag krijgt.‘
Onze Vraag:
We proberen, op basis van verschillende wetenschappelijke kaders, handelingsperspectief te vinden voor het ontwikkelen van die circulaire economie. Daarmee zoeken we handvaten om circulaire ventures te bouwen en te versterken met het doel, om die circulaire economie aan de praat te krijgen. We zoeken niet naar eenduidige antwoorden, maar naar perspectieven die nieuwe experimenten kunnen inspireren en versterken.
Jan:
We hebben het over een circulaire economie. En we accepteren dat er een economie is. Dit is een cruciale aanname. We kunnen de lineaire economie niet wegdoen maar kunnen wel werken aan het radicaal verminderen van de negatieve effecten. Gangbaar is om dat ‘verduurzamen’ te noemen. Daarnaast willen we grondstoffen, onderdelen en producten lang én opnieuw gebruiken. We nomen dat de lineaire economie. We hebben dus niet te maken met of een circulaire economie of een lineaire economie, maar wij hebben een lineaire economie en het complement van de circulaire economie. We hebben ze allebei nodig.
Maar we hebben nog niet afgesproken welk gedeelte van de economie zich dan het beste leent voor circulariteit. Ik heb nog nooit een circulaire hamburger gezien en komkommers worden ook niet circulair. Bestaat er zoiets als circulaire brandstoffen. Of moeten we juist CO2 circulair maken. Het lijkt mij meer dan zinnig hier een debat over te beginnen en daar vervolgens beleid op te maken.
Het grondstof beleid, dat gaat ervan uit dat we het verdienvermogen van Nederland in de toekomst in het verlengde van de Europese Unie veilig moeten stellen. En de circulaire economie van de Europese Unie is eerst en vooral gericht op het veiligstellen van het verdienvermogen van de Europese Unie. Dan moeten we dus toe naar een economie die meervoudigheid in zich heeft, die duurzaamheid en circulariteit in zich heeft. Als we daarover kunnen discussiëren, dan komen we aan de basis voor een andere economie waarvan een stukje circulair is. Als je dat dan koppelt aan prioritaire productgroepen, dan kan ik de redeneerlijn volgen. Want dan zeggen we bijvoorbeeld in de bouw: we gaan zero-waste materialen ontwikkelen en die toepassen in de bouw, dat draagt bij aan het oplossen van een grondstoffenvraagstuk en dat heeft dan gelijk als impact dat deze grondstoffen CO2 opslaan, bijdrage aan de landbouw transitie en gezondheids-bevorderend zijn.
We moeten op weg in een transitie. We moeten naar een andere manier van materiaalgebruik. Dat is een opgave waarbij ik probeer 4 vraagstukken tegelijkertijd te behandelen. Duurzaamheid, Circulariteit, Leefbaarheid en Biodiversiteit, noem ze maar de 4 speerpunten .Stel, je probeert in een bepaalde productgroep, bijvoorbeeld in biologische bouwmaterialen, die 4 ‘speerpunten’ te realiseren. Maar dan moet dat niet ten koste gaan van de weidevogels, zeg ik even flauw.
Laten we ven naar een ondernemer kijken. Die ondernemer, die komt erachter dat als hij iets circulairs wil gaan doen, dat hij dat nooit alleen kan doen. Oh, dan hebben we de eerste transitie al. Want dat is fundamenteel. Die man die gaat naar de Kamer van Koophandel die zegt: “…Ik wil niet een bedrijf inschrijven, maar ik wil een kringloop inschrijven…”. Nou de hele Kamer van Koophandel haakt af. Vervolgens gaat hij naar de Rabobank toe. Nou, ik hoef de rest van het verhaal niet af te maken. Hij is nu 3 keer uit. Dat betekent dat met zo een heel simpel voorbeeld je ziet waarom die ondernemer denkt: “…Nou, ik begin maar gewoon voor mezelf…” en dat mislukt dan. Dat is namelijk het grote verdriet van het feestje, dat circulair ondernemen mislukt dan. Want als die man in zijn eentje duurzame gewassen gaat verbouwen die hij aan de straatstenen niet kwijt raakt, want de aannemers willen het niet. Dus wil dat kans van slagen hebben dan betekent dat dat we terug moeten gaan naar de basis: als we op weg in transitie gaan dan moeten we nadenken over een andere vorm van samenwerken. Anders komt die circulariteit nooit van de grond. Dus onze tijd en energie moet in mijn ogen gaan zitten in het ontwikkelen van nieuwe samenwerkingsvormen.
We hebben geen juridische vorm voor een kringloop, dus kennelijk zit dan daar het werk dat ons te doen staat. Waar komt dan die juridische vorm vandaan? Dat vind ik een echte onderzoeksvraag en dan direct in het verlengde: als we dan die juridische vorm hebben dan komt nu mijn favoriete onderwerp, dus hou me maar vast, dan moet de accounting daarbij gaan kloppen.
Als ik kijk, dan zie ik dat twee Zuid Europese landen absolute koploper zijn om decennialang te werken aan coöperaties, dat zijn Italië en Spanje- De Mondragón in Spanje en in Italië de Emilia-Romana regio. Dus daar kan je gewoon kijken hoe functioneert dat nou? En vervolgens zie ik dat in sommige landen op wat ik noem ‘geïntegreerd ketenniveau’ als een stap op weg naar coöperatieve vormen. Dan zie ik voorzichtige voorbeelden ontstaan in bv. Finland. Als het bijvoorbeeld gaat om de houtketen of de hout – Ik moet natuurlijk zeggen de houtpulp keten. Zo’n een soort woord moet je gebruiken. Het gaat namelijk om veel meer dan hout. Nou, daar zie je vormen van coöperatie ontstaan of coöperatief denken, maar die zijn vaak maar een stukje van de keten. Nou, daar kun je best een heleboel van leren, dus daar is helemaal niks mis mee. Maar ja, dan heb ik mijn accounting opmerking nog helemaal niet verwerkt, hoor.
We hebben altijd te maken met 4 problemen tegelijkertijd, dus dat is ons vertrekpunt. We moeten dingen gelijk integraal ontwerpen en op schaal ontwerpen. Dus we moeten af van het denken als incrementeel groeimodel op basis van pilots die dan lineair schalen. Als we echt circulair organiseren willen benutten ontkomen we niet aan een nieuwe variant of varianten van coöperatief organiseren.
Ik weet dat heel veel mensen dat een heel moeilijk woord vinden en ook helemaal In de stuip schieten. Worden we dan allemaal communisten of zo? Nee, het gaat echt over coöperatief organiseren. En het gaat dan over de vraag, hoe zien business en verdienmodellen in dat coöperatieve denken eruit? Want als je een boer zijn gewassen laat verbouwen en je verkoopt die gewassenallen maar, dan gaat die boer gewoon dood. Want dan heeft hij geen verdienmodel.
Dus moeten we nadenken over de vraag als vijfde punt: Wat is het proces van waardecreatie voor zo’n ‘coöperatie’? En hoe participeren de leden in die ‘coöperatieve organisatie’. Hoe profiteren die leden van de zich ontwikkelende en stapelende waardecreatie? En als we dat niet doen, dan haken mensen gewoon af. Dus dus hier zit een heel fundamenteel conceptueel economisch debat.
Een van de dingen die we zouden proberen is een mini lijstje, een mini catalogus samen te stellen van werkende moderne coöperatieve vormen. Want kijk die coöperaties, die zijn er allemaal, maar wat moeten ze eigenlijk vertalen in een modern jasje. Want dat is ik denk dat dat de enige manier waarop we ook accountants, bankiers en verzekeraars meekrijgen. To be debated, hè?
Jonker, J., & Faber, N. (Eds.) (2021). Organizing for Sustainability: A Guide to Developing New Business Models (1 ed.) Palgrave MacMillan.
Jonker, J. (2020). Duurzame Troonrede https://www.duurzamedinsdag.nl/Nieuws/Duurzame-Troonrede-2020-Jan-Jonker
Jonker, Jan & Stegeman, Hans & Faber, Niels. (2018). De Circulaire Economie; Denkbeelden, ontwikkelingen en business modellen. 10.13140/RG.2.2.17932.82563.
Share this post
Intro text voor de nieuwsbrief
By clicking “Sign up” you’re confirming that you agree with our Terms and Conditions
Intro tekst
Unleashing Insights for Your Business Growth Journey
Stuur ons een bericht